Parasieten

Coccidiose

Darm of leverparasiet die voorkomt bij konijnen die in groepen gehouden worden (of werden) en/of buiten komen. 
Klachten zien we meestal alleen bij jonge konijnen of konijnen met een verminderde weerstand. (diarree, vermageren, ziek zijn). Coccidiose kan vastgesteld worden door ontlastingsonderzoek en met medicijnen via drinkwater of in het bekje in te geven verholpen worden.

Luizen

Konijnen kunnen met luizen besmet worden. De luizen en neten zijn met het blote oog zichtbaar. Dieren met een luizenbesmetting hebben doorgaans een verminderde weerstand; het gaat vaak om jonge of oude dieren, of dieren met een andere aandoening onder de leden. Luizen kunnen bij het konijn bestreden worden door een pipet in de nek toe te dienen. 
Dit middel kunt u afhalen aan de balie van de praktijk. 

Mijten

Bij konijnen komen verschillende soorten mijten voor. 
De belangrijkste is de vachtmijt (cheyletiella). Deze begint vaak tussen de schouderbladen en geeft in eerste instantie overmatige schilfering. Daarna kunnen kale plekken, jeuk en wondjes ontstaan.
Daarnaast zien we ook nog wel eens oormijten bij het konijn. Deze kunnen een gehoorgangontsteking veroorzaken. Dit geeft veel jeuk en onrust en kan uiteindelijk zelfs tot een binnenoorontsteking leiden met evenwichtsstoornissen tot gevolg.
Alle mijtensoorten zijn goed te behandelen met een pipet maar bij de oorontsteking zijn vaak ook medicijnen nodig om de ontstoken gehoorgangen te genezen.

Schimmel

Ook schimmel komt voor bij konijnen, met name bij jonge konijntjes. Het begint meestal met kale, soms schilferige plekjes op de snuit, rond oogjes en oren en aan de voorpootjes. Niet altijd is er jeuk. De diagnose wordt gesteld door onderzoek met een woodse lamp, microscopisch onderzoek van haren en soms is een schimmelkweek nodig. Behandeling is langdurig en soms intensief en ook de omgeving moet behandeld worden.